Een goede leerling duikt niet lang, maar váák in de boeken

Wil je dat een boodschap blijft hangen, dan moet je hem niet lang, maar váák aanbieden. Dat geldt voor reclame en voorlichting, dus waarom zou dat voor educatieve doeleinden anders zijn? Een goede leerling duikt daarom niet lang, maar váák in de boeken. Of in de video of e-mail. Dat is de belangrijkste les die Guy van Neck, CEO bij MobieTrain leerde tijdens het Next Learning Event op 18 april j.l. in Den Bosch.

Een dag voor een belangrijk tentamen tot 2 uur ’s ochtends ‘kennis stampen’, een magere voldoende halen en drie maanden (of weken…) later alles vergeten zijn; het is een scenario dat velen herkennen en dat menig leerling door zijn studententijd heeft geloodst. Met duurzame kennisvergaring heeft deze tactiek niet veel te maken. De kennis die je tijdelijk in je geheugen prent vervliegt sneller dan een goedkoop parfum, waardoor er niet veel aan de strijkstok blijft hangen. Als we wéten dat deze methode in het onderwijs eigenlijk niet werkt, waarom passen we hem in het bedrijfsleven dan nog te vaak toe?

De Ebbinghaus curve

Het idee dat kennis snel vervaagt in ons brein is niet nieuw. Al in 1880 kwam psycholoog Hermann Ebbinghaus op het idee bij te houden hoe snel hij kleine porties informatie vergat. Zijn methodologie leunde op zelfreflectie, van écht bewijs was geen sprake, toch bleef zijn ‘Ebbinghaus curve’ een begrip in de literatuur. Die curve laat een grafiek zien die heel duidelijk maakt wat het probleem met ‘één keer leren’ is: je vergeet de meeste lessen snel, als je de les niet periodiek herhaalt.

Ebbinghaus stelde daarom opfriscursussen voor, zonder dat die toen zo heetten. Hij zag in dat zijn curve platter werd als dezelfde les vaker voorbijkwam. Met andere woorden: je vergeet informatie minder snel, als je hem al eerder hebt gehad. Factoren als stress en de moeilijkheidsgraad van de les beïnvloeden hoe lang je iets onthoudt, aldus Ebbinghaus, maar je hebt er zelf invloed op door vaker die les tot je te nemen.

Video en e-mail

Er is bijna anderhalve eeuw na Ebbinghaus’ observaties natuurlijk veel meer mogelijk op het gebied van educatie. Instellingen kunnen ervoor kiezen hun informatie op -tig manieren aan te bieden – elk met hun eigen voor- en nadelen. Organisaties kunnen het beste van twee werelden krijgen door zowel het medium van de boodschap, als de boodschap zelf, aan te passen op de beschikbare tijd én de plaats in het leertraject waar de ontvanger zich bevindt.

Wil je de Ebbinghaus-curve platslaan en dus optimale kennisretentie bereiken, dan kun je het best verschillende vormen voor je les bedenken en die verspreid aanbieden. Denk er daarbij aan dat een ‘refresher’ waarschijnlijk minder tijd nodig heeft dan een eerste les. Conreet: je zou een medewerker in de logistiek een handboek kunnen geven op zijn eerste dag, waarbij hij instructies uitgebreid moet lezen. Een dag later zal hij veel vergeten zijn, maar een kortere versie van het handboek ververst zijn kennis weer. Later in zijn loopbaan (na een week, maand of jaar) kun je zijn kennis met ‘micro learnings’ snel opfrissen én hem zelfs extra dingen leren.

Van Macro naar Micro

Zowel macro- als micro learning hebben hun plek, al is er voor macro learnings niet veel tijd meer in het bedrijfsleven. Overal is meer kennis nodig, tegelijk is er minder tijd dan ooit die we uit kunnen trekken om onszelf en collega’s op te leiden. De spaarzame tijd die er is kun je als werkgever, manager of medewerker het best in leuke, korte lessen stoppen. Op die manier blijf je de Ebbing-haus grafiek platduwen en houd je het kennisniveau binnen je organisatie zo hoog mogelijk.